Risico’s van een biologische hartklep via een open-hart-operatie
Alle poppetjes samen staan voor 100 mensen die een biologische hartklep krijgen via een open-hart-operatie.
Ernstige problemen rondom de operatie
Sommige mensen krijgen ernstige problemen tijdens of kort na een hartklep-operatie. Bijvoorbeeld:5,7,8
- Ernstige bloeding (11 van de 100 mensen)
- Hartritme-stoornis waarvoor u een pacemaker nodig heeft (6 van de 100 mensen)
- Beroerte (4 van de 100 mensen)
- Nier-problemen (3 van de 100 mensen)
- Hart-infarct (2 van de 100 mensen)
- Ernstige schade aan de bloedvaten (2 van de 100 mensen)
- Ontsteking van het borstbeen (2 van de 100 mensen)
- Long-problemen (2 van de 100 mensen)
Overlijden
Rode poppetjes: 3 van de 100 mensen overlijden tijdens of kort na de operatie.9
Groene poppetjes: 97 van de 100 mensen overleven de operatie.
Rode poppetjes: 10 van de 100 mensen overlijden binnen 1 jaar na de operatie.9
Groene poppetjes: 90 van de 100 mensen zijn 1 jaar na de operatie nog in leven.
Boezem-fibrilleren
Enkele dagen na de operatie kunt u last krijgen van boezem-fibrilleren.
Bij boezem-fibrilleren klopt het hart onregelmatig. Vaak klopt het hart ook te snel.
Sommige mensen merken hier niet veel van. Andere mensen hebben er veel last van.
Boezem-fibrilleren is niet gevaarlijk.
Meestal moet u wel medicijnen gebruiken.
U leest hier meer over in de keuzehulp Boezem-fibrilleren.
Rode poppetjes: 40 van de 100 mensen krijgen boezem-fibrilleren.8
Groene poppetjes: 60 van de 100 mensen krijgen geen boezem-fibrilleren.
Lekkende hartklep
De hartklep kan gaan lekken. Soms moet u dan opnieuw geopereerd worden.
Rode poppetjes: Bij 2 van de 100 mensen gaat de hartklep lekken.8
Groene poppetjes: Bij 98 van de 100 mensen gaat de hartklep niet lekken.
Bloed-propjes (embolie)
Op een biologische hartklep kunnen bloed-propjes ontstaan. Dit noemen we embolie. Dit risico is hoger als u jonger bent.
Rode poppetjes: 1 van de 100 mensen krijgen bloed-propjes.6
Groene poppetjes: 99 van de 100 mensen krijgen geen bloed-propjes.
Bloed-propjes zijn gevaarlijk. Ze kunnen loslaten van de hartklep en uw hersenen of longen beschadigen.
Bij een biologische hartklep ontstaan de meeste bloed-propjes kort na de operatie. Daarom moet u 3 maanden bloedverdunners gebruiken.
Dit zijn tabletten die u slikt.
Door de bloedverdunners krijgt u makkelijker bloedingen. Bijvoorbeeld:
- Een klein wondje blijft langer bloeden.
- Een kleine val kan een grote bloed-uitstorting geven. Kijk dus uit met sporten als rugby, vechtsporten en skiën.
Het is belangrijk dat u precies genoeg bloedverdunners slikt. Dan zijn de risico’s op bloedpropjes en bloedingen zo laag mogelijk.
U wordt daarom gecontroleerd door de trombose-dienst. U moet regelmatig bloed laten prikken.
De trombose-dienst vertelt u hoeveel tabletten u moet slikken.