Risico’s van een ablatie met een slangetje via de lies

Elke behandeling heeft risico’s.
Niet iedereen krijgt deze problemen.
Dit is per persoon verschillend.
Ook verschilt het per persoon hoeveel last iemand heeft van de problemen.

Alle poppetjes samen staan voor 100 mensen met boezem-fibrilleren die een ablatie met een slangetje via de lies krijgen.

Ernstige problemen

Heel soms krijgen mensen ernstige problemen door de ablatie met een slangetje via de lies.^8,18
Bijvoorbeeld:

• Bloeding tijdens de ablatie
• Vocht in het zakje om het hart
• Een gaatje in het hart
• Beroerte
• Schade aan de zenuwen die belangrijk zijn voor de ademhaling
• Andere hart-ritme-stoornissen
• Overgevoeligheid voor het contrast-middel

De meeste ernstige problemen ontstaan tijdens of kort na de ablatie.
U wordt dan meteen behandeld.
Sommige ernstige problemen ontstaan pas na enkele weken of maanden.
Uw arts vertelt u waar u op moet letten.

Rode poppetjes: 5 van de 100 mensen krijgen ernstige problemen van de ablatie.^34,35
Groene poppetjes: 95 van de 100 mensen krijgen geen ernstige problemen van de ablatie.

Nog een behandeling nodig

Soms werkt de ablatie niet. Of de klachten komen terug.
Dan kunt u nog een ablatie krijgen.
Voor hardnekkige vormen van boezem-fibrilleren zijn soms meer ablaties nodig.

Rode poppetjes: 15 van de 100 mensen krijgen nog een ablatie.^18,30
Groene poppetjes: 85 van de 100 mensen worden in 1 keer behandeld.

Overlijden

Heel soms overlijden mensen door de ablatie.
Dit gebeurt bijna nooit.

Rood poppetje: Minder dan 1 van de 1000 (duizend) mensen overlijdt door de ablatie.
Groene poppetjes: Meer dan 999 van de 1000 (duizend) mensen blijven leven.