Bestraling van buitenaf

Bij bestraling van buitenaf worden de kankercellen door straling kapot gemaakt.

Is uw prostaatkanker gevoelig voor hormonen? Dan krijgt u meestal ook hormoon-therapie.
Uw arts bespreekt dit met u.


Voor de bestraling

Er worden goud-staafjes in de prostaat geplaatst. Dit noemen we markers.
Hierdoor kan de arts tijdens de bestraling goed zien waar de prostaat en de kanker liggen.
De kankercellen krijgen dan zo veel mogelijk straling.
De gezonde cellen eromheen krijgen zo weinig mogelijk straling.

De eerste dagen na het plaatsen van de goud-staafjes kunt u beter niet fietsen.

In sommige ziekenhuizen kunt u MRI-geleide bestraling krijgen.
Er zit dan een MRI-scanner in het bestralings-apparaat.
Daarmee kan de arts de tumor goed zien tijdens de bestraling.
U heeft dan geen goud-staafjes in de prostaat nodig.

Heeft u een verhoogde kans op uitzaaiingen naar de lymfeklieren? Dan kan de uroloog de lymfeklieren in uw onderbuik weghalen.
U krijgt dan een operatie voordat u met de bestraling begint.

De lymfeklieren worden onderzocht in het laboratorium om te kijken of er kankercellen in zitten.


De bestraling

De bestraling duurt een paar minuten en doet geen pijn.
U ligt in een bestralings-toestel (plaatje).

 

Plaatje: Bestraling van buitenaf

5_bestralen_binnen.jpg

 

Hoe vaak u bestraald wordt, hangt af van de tumor en uw klachten.
Uw arts bespreekt dit met u.
Meestal wordt u bestraald:

  • 20 keer in 4 tot 5 weken; OF
  • 5 keer in 2 weken

Voor deze behandeling wordt u niet in het ziekenhuis opgenomen.


Controles

Na de bestraling blijft u 5 tot 10 jaar onder controle.
Er wordt regelmatig bloed geprikt om uw PSA te controleren:

  • In het eerste jaar: 1 keer per 3 maanden
  • Daarna: Uw arts bespreekt met u hoe vaak u bloed laat prikken

Was uw PSA voor de bestraling te hoog? Dan wordt de PSA vaak snel lager na de bestraling.
Uiteindelijk is de PSA zo laag, dat het niet meer gemeten kan worden in het bloed.
Dit betekent dat de behandeling goed gewerkt heeft.


Hormoon-therapie

Bij bestraling kunt u ook hormoon-therapie krijgen.
Uw arts bespreekt met u of dit bij u nodig is.

Bij hormoon-therapie krijgt u 4 tot 6 maanden medicijnen met hormonen.
U krijgt 2 of 3 keer een prik in uw buik. Of u slikt iedere dag een pil.

Door hormoon-therapie werkt testosteron minder goed.
Hierdoor stopt de groei van de kankercellen.
De kankercellen worden ook gevoeliger voor de bestraling.
Daardoor is de kans groter dat de prostaatkanker wegblijft.

Hormoon-therapie maakt ook de prostaat kleiner.
Hierdoor hoeft een kleiner gebied bestraald te worden.


Extra behandeling

Heeft de bestraling van buitenaf niet goed genoeg gewerkt? Dan krijgt u meestal een extra behandeling.
Bijvoorbeeld hormoon-therapie of bevriezen van de prostaatkanker.

Deze behandelingen hebben risico’s.
Uw arts bespreekt dit met u.